Menu
  Home
AMVE
Bibliotheek
Mediatheek
Sport
Forum
Nieuws Archief
Foto Archief (7604)
Columns

Sponsors

Contact us

 
Wie zijn de Assyriërs
  Geschiedenis
Taal & Cultuur

Religie
De Assyrische Vlag
De Assyrische Genocide
 
Assyrische Jongeren
 

AJF Nederland
AJM Midden-Europa
AUF Zweden

 
Sponsers

Random Images







 
 Farid Nazha
 

'Ik ben een Assyriër en als ik in staat was om terug in de tijd te keren naar de periode voor mijn geboorte en de keuze had om mijn vader en mijn natie te kiezen, had ik geen andere vader en andere natie gekozen.'

Misschien lijkt zo’n uitspraak te overdreven voor velen. Maar pas als men weet wie dat gezegd heeft, is men niet meer daarover verbaasd. Want Faried Nazha was, de revolutionaire en de nationale strijder die de pers in de Assyrische wereld voor een lange periode bezig hield. Dit strekt zich uit van het midden van de jaren dertig tot het begin van de jaren zeventig door zijn tijdschrift "H'thoyoetho d' Suryoye", het Assyrisch bondgenootschap.
Faried Nazha is op 10 januari 1894 in de stad Hama in Syrië geboren. Zijn opa Mardo Al-Garboety was in 1760 van Beth-Nahrin naar Hama geëmigreerd. Hij heeft de basisschool op Assyrisch gezindte scholen gevolgd en de lessen van kerke­lijke leiders gekregen. Wegens een conflict tussen zijn vader en de directie van de school moest hij de school verlaten en thuis in z'n eentje verder leren. Omdat zeventien families op 11 juli 1911 van de yacobitische kerk, tot de katholieke kerk overgingen, ontstonden er conflicten tussen de Assyrische gezinnen in Hama. Daarom is Faried naar de VS geëmigreerd op verzoek van zijn vader, die in oorlog was met zijn familieleden die leiders waren van de katholieke gezinnen. Deze heeft de indruk bij Faried gewekt dat iedereen die de Yacobitische en Nestoriaanse kerk verlaten heeft, zijn nationale gevoel heeft verloren.

Faried Nazha kwam op 30 augustus 1911 in Argentinië aan, waar hij natuurkunde en economie studeerde. In maart 1920 is hij met een Argentijns meisje van Italiaanse afkomst getrouwd. Daarna is hij in verband met werk naar Santiago de Astiro verhuisd. Na 11 jaar is hij teruggekeerd naar de hoofdstad van Argentinië: Buenos Airos. Daar is hij lid van het platform Wardo d' Taybutho d' Suryoye ('liefdadigheidsbloem' van de Assyriërs) geworden en werd als secretaris gekozen.

Op 1 augustus 1934 heeft hij samen met zijn vriend de Edesese auteur Sumaan Fahim (zoon van Michael Qas Butros) de Assyrische Afreemse vereniging opgericht. Het doel van deze vereniging was het uitgeven van een nationale krant die de behoefte van het Assyrische volk kan vervullen, zowel in maatschappelijk als in literair opzicht. Bovendien zette ze zich in voor de vooruitgang en de nationale zaak. Dit nadat hij beïnvloed was door Naum Faiq en zijn krant Beth-Nahrin.

In september 1934 gaf hij H'thoyoetho d' Suryoye uit, waarmee hij de bittere weg van de nationale strijd bewandelde ter wille van de vooruitgang van het Assyrische volk. H'thoyoetho d' Suryoye heeft de uitspraak 'de waarheid zeggen hoeveel het ook kost' als voorbeeld genomen. Daardoor is het tijdschrift een ontmoetingsplaats voor de Assyrische auteurs geworden omdat ze hun hoop daarin vonden. Dit tijdschrift heeft een hoofdrol gespeeld in het bijsturen van de Assyrische openbare mening naar meer nationaal gevoel, hetgeen haar redacteur wou bereiken. H'thoyoetho d' Suryoye zette zich in voor de hoop en verwachtingen van het volk, gewekt door artikelen van de auteurs. Het tijdschrift gaf weer wat er in het volk leefde aan vrijheidsgevoelens. Het tijdschrift leverde een bijdrage aan het nationale gevoel, dat in veel opzichten rijp en realistisch was. Men kan deze gedachte door middel van de stukken van Faried Nazha leren kennen. Hij vond dat de principes die wij nodig hebben voor de vooruitgang te maken hebben met drie basisprincipes. Ten eerste de eenheid, ten tweede het oprichten van een internationale Assyrische federatie waarvan overal afdelingen zijn, ten derde het oprichten van scholen en het bevorderen van de emancipatie.

Faried Nazha heeft uitgelegd wat hij ermee bedoelde wanneer hij Syrisch (Suryoyo) of Assyrisch zei: 'Assyrisch is een nationaliteit en geen geloof en het kan zijn dat men hetzelfde geloof met andere volkeren deelt, zoals bij ons het geval is met de Kopten en Ethiopieërs. Maar een volk zijn kan men niet met anderen delen. Wij roepen op voor het ‘Assyrisch zijn’ vanwege de nationaliteit en niet om de kerken en kloosters te beschermen. Wij zijn van plan om een Assyrisch bondgenootschap op te richten met vaste principes, dat zowel de Nestoriaan, Yacobiet, Sabiet, Chaldeeër, katholiek en protestant zonder onderscheid bij elkaar brengt, omdat de nationaliteit iets anders is dan geloof.
En zo is de Assyrische nationaliteit een speciale kwestie voor ons hetgeen wij moeten analyseren en onderzoeken zodat wij tot een juiste conclusie komen die ons de goede weg wijst die we moeten bewandelen.'
Uit het voorgaande blijkt dat hij zich bewust was van de problemen die zijn volk tegenkwam en haar bedreigde doordat men zich over de hele wereld verspreidde. Daarom zien we hem hard werken aan het opwekken van het nationale gevoel bij zijn volk, zoals hij zei: 'Het nationale gevoel is één van de maatschappelijke principes waardoor de bloei van de volkeren tot stand komt, en het volk dat niet over een nationaal gevoel beschikt krijgt geen kans voor een onafhankelijk leven. Omdat zij dat gevoel mist zou ze in de andere volkeren assimileren. Maar het is hem niet ontgaan dat de nationale eenheid de oplossing voor de genoemde problemen was. Voor de nationale eenheid vond hij dat aan de volgende eisen voldaan moet worden:

1. Het verenigen van de Assyrische/Aramese taal

2. Onafhankelijke pers

3. Literaire, kerkelijke en nationale instellingen oprichten

4. Scholen voor meisjes oprichten (in die tijd was het nog niet gebruikelijk dat meisjes naar school gingen).

Sinds het eerste nummer van het tijdschrift heeft hij zich op de taal geconcentreerd. Hij vond dat de oorzaak van de slechte communicatie onder de volksgeno­ten te danken was aan het feit dat er meerdere dialecten waren. Daarom heeft hij veel aandacht aan de scholen geschonken en heeft hij de auteurs en de talendocenten gestimuleerd voor het opstellen van wetenschappelijke principes en het volgen van moderne manieren bij het leren van de taal aan de leerlingen. In dit kader zei hij: 'Wanneer een volk haar taal kwijtraakt, veranderen haar gewoontes en verzwakken haar zuilen en neigt zij tot verstarring. Als je het nieuws van andere volken volgt dan merk je dat wat zij bereikt hebben, te danken is aan het handhaven en verrijken van hun taal. Omdat het verrijken van de taal ook verrijking van het volk betekent en taal onderscheidt ons van andere volken.

Faried Nazha viel d.m.v. zijn artikelen degenen aan die het leren van hun taal verwaarloosden en juist het leren van de vreemde talen motiveerden. Hij zei daarover: 'Degene die een aantal talen kan spreken maar weigert zijn eigen taal te leren, werkt niet mee aan de ontwikkeling van zijn volk.' Zelfs degenen die van mening waren dat de Assyrische taal alleen een taal van de kerk moet zijn, zijn aan zijn kritiek en opmerkin­gen niet ontkomen. 'Zolang de kerkdiensten in de eigen taal zijn en de meesten van het volk naar de kerk gaan, is het niet logisch dat zij in een voor hen onbegrijpelijke taal bidden en dienst houden.'
In één van zijn artikelen laat hij de oorzaken zien die geleid hebben tot het verzwakken van de positie van de taal: 'dat de Assyrische/Aramese taal niet meer de taal van de staat is omdat de vijand dat gewild heeft en op deze manier hij het nationale gevoel kon verzwakken.'

Zijn besef dat de taal heel belangrijk is voor het vormen van de eigen identiteit, wijst erop dat hij een zeer progressieve geest had. Zodat hij begrip had voor die fase en daardoor kon hij de belangrijke factoren doorzien. Hierbij kreeg hij de steun van de andere auteurs die hem als een zuil zagen waarop de Assyrische identiteit kon worden gebouwd. Faried drong telkens aan om de moedertaal te verrijken: 'De Assyrische/Aramese taal moet tenminste de voertaal van het Assyrische volk zijn. Ten eerste omdat zij de voertaal van de kerk is, en ten tweede en het belangrijkste om de nationale kwestie te dienen. Als de Assyriërs op de dag van van­daag één voertaal hadden, waarmee zij met elkaar konden communiceren, dan hadden zij nu een bondgenootschap kunnen hebben. Een bondgenootschap dat door de andere volkeren gerespecteerd zou worden'.
Zoals al eerder genoemd, vond hij de scholen en opleidingen de voornaamste manier om de eigen taal te behouden. Hij is van mening vrouwen hierbij een belangrijke rol kunnen spelen: 'De vrouw is één van de belangrijkste factoren om een gedachte en een idee aan anderen te leren, vanwege daar haar rol in de opvoeding van de kinderen. Daarom is het heel verstandig dat onze dochters de moedertaal beheersen.'

Faried werd in het begin van zijn carrière door de pioniers beïnvloed, zoals Naum Faiq en zijn tijdschrift Beth-Nahrin. Daardoor gaf hij het tijdschrift 'het Assyrische Bondgenootschap' uit bij de eerste kans die hij kreeg van de Assyrische Afreemse Vereniging. Dit tijdschrift werd een betrouwbare bron voor alle incidenten en gebeurtenissen van ons volk en al haar kerkelijke gezindten. Het leverde een bijdrage aan een betere communicatie binnen ons volk. Bovendien speelde het een grote rol in de educatie en de verbetering in het kader van het nationalisme. Één van de uitspraken van de redacteur Faried Nazha was: 'De pers is heel belangrijk voor een volk, want daardoor is men in staat de gedachten van een volk bijeen te brengen en haar de goede richting te wijzen. Het vormt de grootste factor om de zuilen van de bewustwording en de vernieuwing te versterken. Gedachten van auteurs aan het volk bekend worden om ervan te leren. Bovendien is de pers een goed wapen om zichzelf te verdedigen als dat noodzakelijk is. 'Uit Farieds uitspraak valt te concluderen dat een volk zonder pers, zou kunnen verdwijnen omdat het niet in staat is om zich­zelf te regeren om haar vrijheid (onafhankelijkheid) te behouden. Omdat de pers een afspiegeling is van het volkskarakter. Zeer moedig en zonder iemand voor te trekken heeft dit tijdschrift alle verderfelijke aspecten onder het volk bestreden, waardoor het vijanden kreeg en vooral onder mannen van de kerk. Zij bestreden het tijdschrift en hebben zelfs haar redacteur Faried Nazha uit de kerk uitgestoten en hem van ongeloof beschuldigd. Hij werd vaak lastig gevallen en toch stond hij erop dat in de kerk verbeteringen moesten plaatsvinden.

Omdat de meesten van het volk zich verbonden met de kerk voelen, moet de kerk zich als eerste verbeteren. Zo heeft hij de kerkelijke leiders van toen bekritiseerd en erop gewezen wat voor taak zij hebben: 'De verbetering van de natie is in hoge mate afhankelijk van de zuiverheid van het geloof. Omdat beide van nature met elkaar verbonden zijn, door de interactie die door de jaren heen plaatsgevonden heeft. Maar de macht van het geloof die opbouwend kan worden gebruikt, is in handen van de onwetenden die het geloof niet juist hebben begrepen. Zij beweerden dat de Assyriërs geen andere identiteit hebben dan het geloof bovendien bestreden zij iedereen die tot nationalisme oproept.'
Zijn oproep hield in het geloof te zuiveren zodat het bij de moderne tijd past. Hiervoor moesten de onwetende kerkelijke leiders verwijderd worden en hun samenwerking met sommige opportunistische leiders die nog steeds het nationale gevoel belemmerden ter wille van hun eigen belangen. Hierover heeft hij het volgende gezegd: 'Alsof die kerkelijke leiders en opportunisten het recht van God kregen om alleen volgens hun mening te handelen, alsof de rest van het volk niets te zeggen heeft. Zo hebben deze rijken en machthebbers de Assyrische vluchteling, die maatschappelijke en culturele stichtingen in de diaspora gingen oprichten, aangevallen en probeerden hun reputatie zwart te maken. Omdat zij deze oprichters van allerlei stichtingen niet als bevoegden beschouwden om deze stichtingen te besturen, omdat zij niet van een rijke familie afkomstig zijn zoals bij hen het geval is. Zo gingen deze opportunisten degenen die tot opbloei opriepen bestrijden en jammer genoeg waren de patriarch en zijn bisschoppen hun rechterhand. Als een leider een aardige brief naar de patriarch of één van zijn bisschoppen stuurt, waarin een klacht werd ingediend tegen deze progressieve mensen, was dat genoeg om hen als vijanden te beschouwen. Er werd soms zelfs de regerende macht ingeschakeld om hen te bestrijden. Ik vraag me af wat men van zulke mensen kan verwachten, wanneer zij hun geweten al verkocht hebben.'

De destructieve rol van de missionarissen t.o.v. de nationale geest is hem niet ontgaan. Daarom onthulde hij de achterliggende doelen van deze mensen. Hij beschouwde het als beginnend kolonialisme om de mensen te verdelen door allerlei kerken te stichten. En op die wijze hen voor te bereiden om de nieuwe politiek van de kolonisten gemakkelijk te accepteren. 'wat de missionarissen beogen is voor iedereen duidelijk: Zij openen de weg voor de kolonisten en despoten, de schijn bedriegt.'
Faried heeft op tijd het noodlot van de Assyrische vluchtelingen opgemerkt. Daarom waarschuwde hij voor assimilatie in de diaspora en heeft hij hen gestimuleerd om hun gewoontes en identiteit te behouden. 'Het is de plicht van iedere Assyriër om te zorgen dat zijn/haar kinderen hun eigen identiteit niet te vergeten en zo nodig de moedertaal te leren.' Hij waarschuwde hen voor het leren van slechte ge­woon­tes door anderen te imiteren.

Door zijn intuïtie kon hij voorspellen waar het Assyrische volk zou stranden, indien zij de opvoeding van hun kinderen zouden verwaarlozen. Dat was de reden dat hij de verenigingen en stichtingen die hij in de diaspora oprichtte zo belangrijk vond. Hij steunde en stimuleerde ze met de bedoeling dat ze dezelfde weg zouden bewandelen om het hoge doel te bereiken. Bovendien heeft hij alle negatieve aspecten die van invloed kunnen zijn op de maatschappij bekri­tiseerd. Aspecten waar het volk mee te maken had zowel in het vaderland als in de diaspora. Hierbij heeft hij gebruik gemaakt van het gedachtegoed van andere auteurs zoals Hanna Abd-Lakki, Johanna AlQas, Sanharib Bali, Ibrahim Korakji, Jan Aashi, Ibrahim Soumi en Jabra Ibrahim Jabra. Onder andere hebben deze auteurs zich ingezet om de Assyrische kwestie te verdedigen tegenover de internationale congressen en eisten de Assyrische rechten op. Bovendien onthulden ze de achterliggende doelen van tegenstanders die de naam van de Assyrische kwestie zwart zouden maken.

Op deze manier heeft Faried Nazha samen met het Assyrische bondgenootschap een grote rol gespeeld in het activeren van het culturele leven en opwekken van de nationale geest. Door zijn werk heeft hij herinneringen achtergelaten die in ieders geheugen zijn gegriefd. Tijdens zijn loopbaan kwam hij ook moeilijkheden tegen die hem bedroefden. Dit was het geval toen de Syrische nationale partij het Assyrische bondgenootschap in handen genomen had. Dat was in de jaren veertig toen Antoan Sa'ade de leider was van de genoemde partij. Hierna werd het Assyrische bondgenootschap door het arabisme beïnvloed. Destijds trokken veel nationale auteurs bij het bondgenootschap weg. Maar in de jaren vijftig is zij haar Assyrische rol weer gaan spelen en kwam Faried Nazha vol zelfvertrouwen weer terug en heeft hierover gezegd: 'Het zelfvertrouwen is de basis van ieder succes en de echte patriotist is degene die doet wat hij zegt ook al is zijn volk in de minderheid en economisch zwak. Assyrië was in het verleden een groot rijk en zij moet dat tegenwoordig ook zijn.'

Hij heeft deze manier van werken tot zijn dood op 19 oktober 1970 gevolgd en toen is iemand met veel uitstraling gestorven.

 
Nation's Men



Naoum Fayeq


Ashur Yousef


Mor Chamoun Benjamin


Yousef Qlitha


Farid Nazha


Toma Odo


Abdelmasieh Qarabaschi


Dawied Barsoum Bierli


Malek Jaqo


Hanna Salmaan

 
 
© 2003 BethNahrin.nl, lees de disclaimer